De Belemniet

Home

Onderwerpen

Producten

Excursiepunten

Contact

Links

Over ons

Sitemap

Voorjaarsplanten in het Savelbos

Het Savelsbos is een hellingbos. Als we dit bos geologisch bekijken, ontdekken we dat er allerlei gesteenten in de ondergrond voorkomen. Maar we ontdekken ook dat die gesteenten op de meeste plaatsen bedekt zijn door hellingafzettingen van grind, zand en leem. Om meer precies te zijn: we vinden er een mix van verspoelde löss met zand en grind uit Maasafzettingen. Kortom, een mengelmoes van afzettingen die na erosie in de hellingen van het bos zijn achtergebleven. Vaak gaat het bij die afzettingen om voedselrijke grond waarvan het kalkgehalte kan wisselen. Dat is het geval als ze veel verspoelde löss bevatten. Het kalkgehalte in de verspoelde löss is afhankelijk van de verweringsgraad van de oorspronkelijke afzetting. Waar zand en grind uit de Maasafzettingen de boventoon voeren, is de bodem voedselarmer en zit er ook nauwelijks tot geen kalk in. 

De samenstelling van de grond in het Savelsbos is dus niet overal hetzelfde. Hij is vaak voedselrijk maar kan ook voedselarm zijn met allerlei gradaties daartussen. Het kalkgehalte is wisselend en de in de grond aanwezige voedingsstoffen zijn niet overal hetzelfde. Die verschillen kunnen we zien aan de vegetatie. Planten zijn namelijk kieskeurig. De samenstelling van de grond is heel belangrijk voor het wel of niet voorkomen van bepaalde planten. Planten kunnen ons dus iets vertellen over de grond waarop ze voorkomen. 

In dit verhaal zullen we ons beperken tot de planten die we in het voorjaar in en bij het Savelsbos tegenkomen. Want dan is het bos op z’n mooist! Als we voor planten die we er dan aantreffen in de plantengids kijken van welke bodem ze houden, dan blijkt het meestal om voedselrijke grond te gaan, vaak met kalk erin. Maar dat hoeft niet zo verwonderlijk te zijn. Veel vruchtbare löss van de hogere gronden ten oosten van het bos is immers in de loop der tijd naar lager gelegen delen gespoeld. De plantengids leert ons ook dat de meeste van de hier genoemde plantensoorten een vochtige bodem weten te waarderen. Of we die mooie plantenweelde van het voorjaar in deze tijd van klimaatverandering met zijn soms lange perioden van droogte in de toekomst kunnen blijven bewonderen, is natuurlijk nog maar de vraag.

daslook Savelsbos
Afbeelding 1. Daslook (Allium ursinum) houdt van een humusrijke en kalkhoudende ondergrond. Daslook is een zeldzame plant maar waar we die vinden, komt de plant massaal voor. In delen van het Savelsbos is dat het geval. In de bloeitijd kleurt de plant hele oppervlakten wit. Daslook heeft een uienlucht. Vooral na een regenbui kan het bos daardoor heerlijk kruidig ruiken. Als de wind goed staat, is die lucht tot in de omliggende dorpen waarneembaar.

bosanemoon gele anemoon Savelsbos
Afbeelding 2. Bosanemonen (Anemone nemorosa, links en midden) zijn er al vroeg in het voorjaar bij. Deze planten kunnen ook massaal voorkomen en voor een wit tapijt zorgen. Ze houden van een voedsel- en humusrijke grond. De gele anemoon (rechts) is veel zeldzamer. Net als de bosanemoon vinden we ze op voedselrijke grond. Ook kalk weet de plant te waarderen.

slanke sleutelbloem muskuskruid eenbes Savelsbos
Afbeelding 3. De slanke sleutelbloem (Primula elatior, links) houdt van de leemachtige en voedselrijke grond in het Savelsbos. Voor de plant mag het er ook wat vochtig zijn. Net zoals de bosanemoon bloeit ze al vroeg in het voorjaar als de bomen en struiken nog geen bladeren hebben. Het muskuskruid (Adoxa moschatellina, midden) houdt van een voedselrijke, kalkhoudende bodem. De eenbes (Paris quadrifolia, rechts) is eveneens een vroege bloeier. Ze heeft maar één bloem die bij bevruchting een blauwzwarte bes oplevert. Door die enkele bes komt de plant aan haar naam. De eenbes heeft een voorkeur voor humusachtige en voedselrijke grond.

gevlekte aronskelk Savelsbos
Afbeelding 4. De gevlekte aronskelk (Arum maculatum) houdt van een voedselrijke, vruchtbare bodem. De bladeren van deze plant kunnen we in het nieuwe jaar al in januari tegenkomen. Later verschijnt de schede met kelk waarin we een roodbruine bloeikolf (nummer 1) zien. Aan de onderkant verdwijnt die bloeikolf in een kelk (ketel) waarin mannelijke en vrouwelijke bloempjes voorkomen. De kolf schijnt een vieze geur te verspreiden die naar urine en mest ruikt en daardoor worden motmugjes aangetrokken. Als mens moet je wel over een uitstekend reukvermogen beschikken om daar iets van te merken, maar waarschijnlijk hebben die motmugjes een betere neus … … De rand van de schede heeft een olieachtige gladheid en als de mugjes erop landen, glijden ze naar beneden en komen in de kelk (waar een hogere temperatuur heerst) terecht. Daar kunnen ze voorlopig niet meer uit want een harenkrans (nummer 2) sluit de uitgang af. Met stuifmeel dat de motmugjes van een vorige aronskelk bij zich hebben, bevruchten ze door hun heen en weer gevlieg de vrouwelijke bloemen (nummer 4). De harenkrans bij de ingang is inmiddels verschrompeld waardoor de mugjes met nieuw stuifmeel van de mannelijke bloemen (nummer 3) beladen weer op pad kunnen gaan, op weg naar de volgende aronskelk. De bevruchte bloemen ontwikkelen zich later tot rode bessen die in trosjes op een steel staan. Bij de opengesneden aronskelk waarop de verschillende (genummerde) onderdelen te zien zijn, gaat het overigens om een Italiaanse Aronskelk (Arum italicum) uit de privétuin van De Belemniet. De bruine stipjes zijn insecten die in de kelk gevangen zaten.

veelbloemige salomonszegel amandelwolfsmelk Savelsbos
Afbeelding 5. De veelbloemige salomonszegel (Polygonatum multiflorum drie foto's links) kunnen we tegenkomen op kalkhoudende, humsachtige en voedselrijke grond. De amandelwolfsmelk (Euphorbia amygdaloides, midden en rechts) is een zeldzame plant. De geelgroene bloemen ervan vallen niet echt op. We kunnen de amandelwolfsmelk tegenkomen op kalkrijke grond waar het bos niet te dicht is.

gele dovenetel look zonder look Savelsbos
Afbeelding 6. De gele dovenetel (Lamium galeobdolon, links) houdt van voedselrijke grond. Soms zijn op de bladeren ervan zilverwitte vlekken te zien. Look zonder look (Alliaria petiolata, midden en rechts) vinden we vooral aan of vlakbij de bosranden op voedselrijke grond. Als we een blaadje ervan fijnwrijven, ruiken we een lichte uienlucht, hoewel minder sterk dan bij de daslook.

speenkruid grootbloemige muur hondsdraf pinksterbloem Savelsbos
Afbeelding 7. Speenkruid (Ficaria verna, links) vinden we op voedselrijke grond in wat meer open stukken, vaak aan de randen van het bos. Zijn naam dankt het plantje aan de wortelknolletjes die op speentjes lijken. De grootbloemige muur, ook wel grote muur genoemd, (Stellaria holostea, tweede foto) houdt van rijkere bodems. Net zoals het speenkruid vinden we de plant vooral aan de bosranden en op wat meer open plaatsen in het bos. Hondsdraf (Glechoma hederacea, derde foto) vinden we bij de bosrand. De plant is vrij algemeen en is niet zo kieskeurig wat de bodem betreft, maar weet een voedselrijke omgeving zeker te waarderen. De pinksterbloem (Cardamine pratensis, rechts) is ook weer een algemene soort die we vooral bij de bosranden en in aangrenzende weilanden (als die tenminste niet te intensief beheerd worden) aantreffen.

zwarte rapunsel overblijvend bingelkruid Savelsbos
Afbeelding 8. De zwarte rapunzel (Phyteuma nigrum, eerste twee foto’s) is een vrij zeldzame plant. We kunnen ze aantreffen langs de bosrand en soms langs het bospad waar de grond redelijk voedselrijk is. Het overblijvend bingelkruid is ook wel als bosbingelkruid bekend (Mercurialis perennis, derde en vierde foto). De zeldzame plant komt in het Savelsbos nog wat meer algemeen voor. De groengele bloemen vallen niet echt op. De plant weet een kalkrijke omgeving wel te waarderen maar die hoeft niet echt voedselrijk te zijn.

grote veldbies witte klaverzuring Savelsbos
Afbeelding 9. De zeldzame grote veldbies (Luzula sylvatica, eerste twee foto’s) houdt van wat zure, lemige grond. We komen de plant bijvoorbeeld tegen aan of op hellingen waar – verspoelde – Maasafzettingen aanwezig zijn. Bosklaverzuring of witte klaverzuring (Oxalis acetosella, rechts) houdt ook van wat zure, voedselarmere grond. We treffen hem vooral aan de bovenkant van het bos aan.
 
lelietje van dalen bosviooltje maarts viooltje Savelsbos
Afbeelding 10. Het lelietje van dalen (Convallaria majalis, eerste twee foto’s) komen we op zowel wat armere als rijkere gronden tegen. In het Savelsbos vinden we in het voorjaar op de voedselrijke, kalkhoudende bodem viooltjes met blauwe bloempjes (rechts). De determinatie is soms wat moeilijk. We kunnen er zowel het maarts viooltje (Viola odorata) als het bosviooltje (Viola riviniana) tegenkomen.

voorjaarsplanten Savelsbos
Afbeelding 11. Nog twee voorjaarsplanten van het Savelsbos: Lievevrouwebedstro (Galium odoratum) en kruipend zenegroen (Ajuga reptans).

Meer weten over de geologie van het Savelsbos? Kijk dan naar:

Het Savelsbos geologisch bekeken (1)  (afzettingen uit de Krijtperiode)

Het Savelsbos geologisch bekeken (2)  (afzettingen uit het Kwartair)

Het Savelsbos geologisch bekeken (3)  (artefacten in een puinwaaier met colluvium uit de Schone Grub)


Tekst en foto's: Jan Weertz
© De Belemniet