|
|||||||||||||
RogensteinGeen versteende viskuit maar een kalksteen met allemaal oölieten
Rogenstein is een kalksteen die bestaat uit allemaal kleine bolletjes. De naam is afgeleid van het (Duitse) woord Fischrogen. In het Nederlands vertaald betekent dit viskuit: de rijpe eitjes van een vis die zich nog in het lichaam van het dier bevinden (afbeelding 1). Bekend is de nog onbevruchte viskuit van de steur die door de mens wel als ‘kaviaar’ wordt gegeten. Ook van andere vissoorten – zoals van de zalm, de haring en de forel – wordt wel viskuit gegeten maar die mag eigenlijk niet de naam kaviaar dragen.
Hoewel Rogenstein op viskuit lijkt, is het zeer zeker geen versteende viskuit. Het gesteente bestaat namelijk uit oölieten (afbeelding 2 + 3). Dat zijn kleine bolletjes met een gelaagde opbouw. De bolletjes van de Rogenstein zijn ontstaan in ondiepe, warme binnenzeeën. Bij die zeeën konden zich in het ritme van de golfslag rond zwevende stofdeeltjes in het water kalklaagjes afzetten waaruit dan de op viskuit lijkende bolletjes ontstonden. We kennen deze Rogenstein in Duitsland uit de geologische perioden Trias (Onder-Bontzandsteen) en Jura (Midden-Jura).
Afzettingen van de Onder-Bontzandsteen vinden we bijvoorbeeld in de Heeseberg bij Jerxheim (afbeelding 4) aan de noordrand van de Harz in Duitsland. In het verleden ontstonden in de Heeseberg steengroeves. Tegenwoordig voert een geologie- en natuurpad langs deze groeves. De afzettingen in de groeve behoren tot de Rogenstein.
In het verleden werd de Rogenstein in het gebied veel gebruikt als bouwsteen. We komen hem onder andere in Wernigerode bij de stadsmuur tegen, bij het Westerntor, de St. Johanniskirche en de Stiftskirche St. Georgii und St. Sylvestri (afbeelding 5), in Aschersleben bij de Stephanikirche en in Hasselfelde bij de Ev. Luth. Antoniuskirche.
Voor het schrijven van dit item is (in willekeurige volgorde) vooral van de volgende literatuur gebruik gemaakt. •
Jan en Els Weertz, Bontzandsteen,
meer dan alleen een rode zandsteen, Grondboor &
Hamer, nummer 2 – 2010, Nederlandse
Geologische Vereniging. •
Hartmut Knappe & Karl-Armin Tröger, Die
Geschichte von den neun Meeren (Ursprung des nördlichen
Harzvorlandes), Harzmuseum
Wernigerode, 1988. •
Kurt Mohr, Harzvorland
(westlicher Teil), Sammlung Geologischer Führer, Gebrüder
Borntraeger, Berlin-Stuttgart, 1982. •
Roland Vinx, Gesteinsbestimmung
im Gelände, Spektrum
Akademischer Verlag, Heidelberg, 2008. •
Fritz J. Krüger, Wanderungen
in die Erdgeschichte (band 19): Braunschweiger Land, Verlag Dr.
Friedrich Pfeil, München 2006. • Wikipedia, pagina’s over Rogenstein (versie 14 januari 2024), Braunschweiger Rogenstein (versie 14 januari 2024, Kaviaar (versie 22 januari 2024), Hauptrogenstein-Formation (versie 22 januari 2024). Tekst: Jan Weertz
Foto's: Jan en Els Weertz |
|||||||||||||
© De Belemniet |