|
|||||||||||||||||
Rivieren (2)stuwdammen
Ook de natuur kan stuwdammen en stuwmeren in rivieren creëren. Ongeveer 13.000 jaar geleden barstte de Laacher See vulkaan in de Eifel uit. Door deze uitbarsting werd in de Rijn een stuwdam opgeworpen uit vulkanisch materiaal. Daardoor ontstond een stuwmeer. Toen de dam later doorbroken werd, veroorzaakte dat een tsunami die grote verwoestingen aangericht moet hebben. erosie
Tijdens hun tocht naar zee voeren de rivieren puin af. Het water breekt stukken van het omgevende gesteente los die dan worden afgevoerd. Ook wordt gesteente opgelost, bijvoorbeeld kalksteen. Door het water losgewerkte stukken steen en kleiner materiaal worden als ‘werktuigen’ gebruikt om nog meer gesteente los te woelen of als schuurmateriaal te gebruiken. Zelf raken stukken steen afgerond tijdens het transport. Door wervelingen in het water kunnen stenen en fijner materiaal daarbij mee gewerveld worden waardoor kolkgaten in de hardere ondergrond ontstaan. Wat zwaardere en grotere stenen rollen en glijden met het water mee stroomafwaarts. Zandkorrels bewegen zich in het algemeen stuiterend voort. Ze worden opgetild om dan verderop weer op de bodem te belanden als het water iets rustiger is. Ook raken de zandkorrels aan het wervelen doordat ze elkaar aantikken. Silt en klei worden voor een belangrijk deel zwevend in het water getransporteerd. Ze geven een rivier daardoor nogal eens een modderig aanzien. Van de in het water opgeloste stoffen zien we uiteraard niets.
Getransporteerd materiaal wordt vroeg of laat ook weer afgezet. Als de stroomsnelheid afneemt, blijft het grovere materiaal het eerste liggen. Fijne deeltjes kunnen dan nog veel verder komen. Rivieren kunnen op hun weg naar de zee voor flinke pakketten afzettingen zorgen die ze dan later soms weer gedeeltelijk opruimen. Zo kunnen rivierterrassen ontstaan die min of meer als trappen in het terrein zichtbaar zijn. In Nederland zijn de terrassen van de Maas in Zuid-Limburg daar een goed voorbeeld van.
Uiteindelijk
monden rivieren in zee (of soms in een meer) uit. Vaak wordt daar dan
een delta
opgebouwd omdat de stroomsnelheid afneemt en het getransporteerde
sediment
bezinkt. In woestijngebieden zoals de Sahara kan het voorkomen dat de
rivier de
zee niet bereikt doordat al het water al eerder verdampt of in de bodem
verdwenen is. Zulke woestijnrivieren hebben vaak alleen een tijdelijk
karakter.
Ze ontstaan na sporadisch voorkomende regenbuien om daarna weer te
verdwijnen
doordat er geen nieuwe watertoevoer meer plaatsvindt.
Terug naar Rivieren (1)Tekst en foto's: Jan Weertz |
|||||||||||||||||
© De Belemniet |