|








|
Moerasijzererts
Deutsche
Version
Moerasijzererts
komt vooral voor in de oostelijke helft van ons land
en het kan plaatselijk een afwijkende naam hebben. Zo is het onder
andere
bekend als ijzeroer, zodenijzersteen, weideërts en velderts.
Over de grens, in
Duitsland, heeft men het over “Raseneisenerz”.
Daarmee wordt gelijk al
duidelijk dat moerasijzererts geen typisch Nederlands verschijnsel is.
We komen
het wereldwijd in vooral de vochtige en moerassige laagten van de
gematigde
breedten tegen.
 |
Afbeelding 1. Brok moerasijzererts uit Weerselo in Twente. De
speld is 3 centimeter lang (links). Close-up van muur van
moerasijzererts in de NH kerk van Ermelo (midden). Bekapt blok
moerasijzererts in de NH kerk van Zelhem, mogelijk afkomstig van een
vroegere kerk (rechts). |
Moerasijzererts
ontstaat in beekdalen, veengebieden en op andere
plaatsen waar de grondwaterstand hoog is en waar de bodem al een hoog
ijzergehalte heeft. Op dergelijke plaatsen ontstaat een reactie van de
in het
grondwater opgeloste ijzerverbindingen met zuurstof. Hierdoor vormen
zich
compacte afzettingen die meestal een dikte hebben van 20 tot 40 cm. Men
kan ze
al op enkele tientallen centimeters onder het oppervlak aantreffen. In
gebieden
waar veel moerasijzererts voorkomt, liggen aan de rand van akkers en
weilanden
soms kleine hopen met brokken van dit donkere, roestbruine erts. Deze
zijn
tijdens werkzaamheden op het land boven gekomen.
 |
Afbeelding 2. De muur rond het openluchtmuseum van
Haselünne
in Duitsland is van baksteen en moerasijzererts gebouwd (links). In de
kerk van Bokeloh in Duitsland is in het pleisterwerk een uitsparing
gemaakt waardoor we kunnen zien dat de muur van moerasijzererts is
(midden). In de dom van Braunschweig in Duitsland komt maar
één blok moerasijzererts voor (rechts). |
Moerasijzererts
in de bodem verraadt zich meestal door roodbruine
modder die we in sloten en beekjes tegenkomen en die aan de planten
langs de waterkant
kleeft.
Moerasijzererts
kan behoorlijke percentages ijzer bevatten. Het
ijzergehalte van onderzochte monsters uit de provincie Gelderland ligt
tussen
de 30 en 75%. Het is dan ook niet verwonderlijk dat dit erts in het
verleden is
gedolven om er ijzer uit te winnen. Vanaf het midden van de 19e eeuw
werden
ijzer en staal op grote schaal industrieel verwerkt. In Nederland waren
toen
ook ijzerfabrieken actief, die moerasijzererts uit de eigen regio
verwerkten.
De belangrijkste fabrieken lagen langs de Oude IJssel. De Nederlandse
ijzerproductie uit het inheemse moerasijzererts was rond de zeventiger
jaren
van die eeuw goed voor zo’n drie miljoen kilo ijzer per jaar.
Niet zoveel
later, in 1880, was het echter gedaan met de ijzerindustrie rond de
Oude IJssel
toen in Ulft de laatste hoogoven haar deuren sloot.
 |
Afbeelding 3. Moerasijzererts (het donkerbruine gesteente) in
de NH kerken van respectievelijk Hellendoorn, Silvolde en Ermelo. |
Na
de ertswinning vormde zich op diezelfde plek na 30 tot 40 jaar
weer een nieuwe laag winbaar moerasijzererts. Dit is uiteraard te
weinig om in
de binnenlandse behoefte te voorzien. Tegenwoordig is Nederland
volledig op
ijzererts uit het buitenland aangewezen.
 |
Afbeelding 4. Bij de NH kerk van Zelhem vinden we
moerasijzererts
onder in de toren (links en midden). Ook bij de NH kerk van Raalte
vinden we tussen de bakstenen moerasijzererts (rechts). |
In
het verleden werd moerasijzererts ook gebruikt als bouwsteen,
voornamelijk bij de bouw van kerken. Als bouwmateriaal waren alleen de
zeer
ijzerrijke delen van het erts geschikt. Minder ijzerrijk
moerasijzererts was te
zacht en te bros waardoor het relatief snel verweerde. Samen met andere
soorten
bouwsteen werd het zowel in de fundamenten als in het opgaande werk
gebruikt.
Opvallend is dat moerasijzererts vrijwel alleen als bouwsteen voorkwam
in het
winningsgebied ervan. In sommige van die kerken is veel moerasijzererts
verwerkt, in andere minder. Op enkele plaatsen, zoals bij de Nederlands
Hervormde kerk aan het Vrijthof in Oirschot, is het gebruik van deze
bouwsteen
echt tot het absolute minimum beperkt. Het gaat hier maar om enkele
blokken
moerasijzererts. Een mooi voorbeeld in het buitenland is de dom van
Braunschweig in Duitsland. In het hele gebouw vonden we daar maar
één blok
moerasijzererts.
 |
Afbeelding 5. De middeleeuwse stadsmuur aan het Wilhelminaplein
in Hardenberg is van moerasijzererts (links). In de toren van
de
Witte of Lambertuskerk in Heemse bij Hardenberg komen aan beide zijden
twee grote blokken moerasijzererts voor (midden). Moerasijzererts in de
steunberen van de NH kerk van Ommen (rechts). |
Enkele
voor een deel
met moerasijzererts gebouwde Nederlandse kerken zijn:
- NH kerk van Putten (Gelderland)
- NH kerk van Ermelo (Gelderland)
- NH kerk van Zelhem (Gelderland)
- Oude St. Martinuskerk, thans NH kerk van Silvolde
(Gelderland)
- NH kerk van Raalte (Overijssel)
- NH kerk van 't Stift bij Weerselo (Overijssel)
- NH kerk van Hellendoorn (Overijssel)
- NH kerk van Ommen (Overijssel)
- NH kerk aan het Vrijthof in Oirschot (Noord-Brabant)
- Witte of Lambertuskerk in Heemse bij Hardenberg
(Overijssel)
- Protestantse kerk de Oude Mattheüs in
Eibergen (Gelderland)
Enkele gebouwen in
Duitsland waarvoor moerasijzererts gebruikt is:
- Kerk St. Vitus - Bokeloh - deelstaat Niedersachsen
- Dom van Braunschweig - (één
blok) - deelstaat Niedersachsen
- Evangelisch reformierte Kirche - Lengerich -
deelstaat Nordrhein-Westfalen
- St. Nikolauskirche - Groß Hesepe -
deelstaat Niedersachsen
- Verwaltungshaus van voormalig damesstift (naast de
kerk) - Wietmarschen - deelstaat Niedersachsen
- Muur rond openluchtmuseum Haselünne -
deelstaat Niedersachsen
 |
Afbeelding 6. Naturdenkmal Raseneisenerz
Büttjebüllund ligt ten noordwesten van Bredstedt in de Duitse
deelstaat Schleswig-Holstein. In dit ongeveer vier hectare grote gebied
kunnen we een goed bewaard gebleven moerasijzerertsbank bekijken. Deze
bank is hier tot 1,2 meter dik. De pijlen geven het verloop van de bank
aan. |
Tekst: Jan Weertz
Foto's: Jan en Els Weertz
|
|