Megalitische
monumenten komen we in het Verenigd Koninkrijk in grote aantallen
tegen. We vinden ze zowel in Groot-Brittannië (op vele
plaatsen in Engeland, Schotland en Wales) als in Noord-Ierland (zie afbeelding 7).
Alleen
al het aantal steencirkels bedraagt meer dan duizend. Megalitische
graven zijn er ook in grote aantallen. Zo kennen we er bijvoorbeeld het
dolmen (ook wel quoit genoemd), het long barrow (langgraf) en de cist
(steenkist). Een deel van de megalitische monumenten is weer opgedeeld
in kleinere eenheden. Een mooi voorbeeld daarvan is het Neolithisch
monument van Avebury in het graafschap Wiltshire in Engeland. Hier
liggen twee kleinere steencirkels binnen een heel grote steencirkel (de
grootste van Europa). Deze grote steencirkel bevindt zich op zijn beurt
weer binnen een aarden wal met greppel.
Net zoals in andere landen is in het Verenigd Koninkrijk een behoorlijk
deel van de megalitische monumenten in de loop der tijd beschadigd,
gesloopt of verdwenen. Men heeft ze gesloopt om mee te bouwen of omdat
ze voor de landbouw in de weg stonden. En vaak vond men in het verleden
dat ze moesten verdwijnen omdat ze niet pasten in het religieuze beeld.
Megalitische monumenten in het Verenigd Koninkrijk zien er weer heel
anders uit dan zulke monumenten in bijvoorbeeld Nederland en Duitsland.
De gebruikte steensoorten zijn divers. Over de functies van
megalitische monumenten is in de loop der tijd veel geschreven. Hoewel
over megalitische graven al heel wat bekend is, geldt dat nog lang niet
altijd voor steencirkels, menhirs en steenrijen ofwel alignements. Er
is allerlei onderzoek gedaan naar astronomische functies maar veel
blijft nog onduidelijk of is omstreden.
De onderstaande monumenten uit Engeland geven een impressie van wat er
zoal te vinden en te zien is.
 |
Afbeelding 1 |
Bij afbeelding 1.
Mên-an-Tol
(links) is een megalitisch monument in het graafschap Cornwall dat
bestaat uit een stenen ring die aan beide kanten wordt geflankeerd door
een menhir. Mên-an-Tol is oud keltisch en betekent 'de steen
met het gat'. Mên-an-Tol stamt uit het Neolithicum of de Late
Bronstijd. Het gat in de middelste steen is ongeveer een halve meter in
doorsnede. De twee menhirs zijn ongeveer 1,20 meter hoog. Ze staan mooi
op een rij met de steen met het gat. Een van de menhirs is echter
verplaatst en ergens rond 1815 op één lijn met de
andere twee stenen gezet. Maar mogelijk hebben er nog meer
verplaatsingen plaatsgevonden en hebben de menhirs deel uitgemaakt van
een steencirkel. En de steen met het gat zou de sluitsteen geweest
kunnen zijn van een Neolithisch graf. Het zou dus mogelijk een steen
met een 'Seelenloch' kunnen zijn. Zoals zo vaak bij megalitische
monumenten hebben we met nogal wat 'waarschijnlijkheden' en
'mogelijkheden' te maken.
Tegenwoordig speelt de stenencombinatie nog steeds een rol in het
volksgeloof en de volksgeneeskunde. De steen met het gat zou
geneeskrachtige en bovennatuurlijke werkingen hebben. Vrouwen zouden
zwanger worden als ze bij volle maan zeven maal heen en weer door het
gat kruipen. En mensen met reumatische aandoeningen zouden er baat bij
hebben door het gat te kruipen.
Lanyon Quoit (midden) is
een dolmen, eveneens in het graafschap
Cornwall. Het ligt op maar iets meer dan een kilometer van
Mên-an-Tol verwijderd. Tijdens een storm in oktober 1815
stortte het in elkaar. Door geldgebrek kon het pas negen jaar later
weer opgericht worden. Erg goed is deze reconstructie toen niet gelukt.
Oorspronkelijk had het dolmen vier draagstenen maar na de reconstructie
waren dat er maar drie meer. Men vond dat de vierde draagsteen te zwaar
beschadigd was om hem nog terug te plaatsen. De deksteen van het dolmen
is 5,50 meter lang en hij weegt meer dan twaalf ton.
Ongeveer 700 meter verder liggen de overblijfselen van een ander dolmen
dat bekend staat als West Lanyon Quoit. We zouden het kunnen
omschrijven als een iets schuinstaande draagsteen van iets meer dan
anderhalve meter hoog en zo'n anderhalve meter breed. Schuin ertegenaan
ligt een iets meer dan vier meter lange en zo'n 2,50 meter brede
deksteen.
Ook het 2,70 meter hoge Trethevy Quoit
(rechts) uit het Neolithicum
ligt in Cornwall. Het bestaat uit vijf draagstenen waarop schuin een
3,70 meter lange deksteen van meer dan tien ton ligt. Deze deksteen
ligt schuin doordat de draagsteen aan de achterkant van het dolmen naar
binnen gevallen is. Deze achterste draagsteen is ongeveer even hoog als
de voorste. Oorspronkelijk moet de deksteen dus ongeveer horizontaal
hebben gelegen. Daarbij zou hij dan niet op de draagstenen aan de
zijkant hebben gerust met als gevolg dat grond van de oorspronkelijke
aarden bedekking van het dolmen naar binnen had kunnen vallen. Er wordt
dan ook van uit gegaan dat bij het naar binnen vallen van de achterste
draagsteen en het naar beneden komen van de deksteen de andere
draagstenen beschadigd zijn waardoor het gat aan de zijkant kon
ontstaan. Trethevy Quoit ligt in de buurt van drie steencirkels uit de
bronstijd die als The Hurlers bekend staan.
 |
Afbeelding 2 |
Bij afbeelding 2.
Het
megalitische monument Stonehenge
stamt uit het Neolithicum. Het ligt in
het graafschap Wiltshire in de buurt van de plaats Amesbury. Stonehenge
werd in verschillende fases gebouwd. De eerste van die fases moet rond
3100 v. Christus geplaatst worden. Toen ontstond een cirkelvormige wal
met gracht van zo'n 110 meter in doorsnede. Pas in fases vanaf 2600 v.
Christus verschenen de grotere stenen. Bij het monument zoals we dat nu
kennen, spreken vooral de zeer grote stenen aan. Deze stenen in de
buitenste cirkel wegen tot ongeveer 25 ton (25.000 kilogram) per stuk.
Binnen deze buitenste cirkel vinden we nog een hoefijzervormige halve
cirkel die bestaat uit vijf trilithons. Trilithons zijn constructies
waarbij een horizontale steen bovenop twee grote verticale stenen ligt.
De stenen waarmee deze trilithons zijn gebouwd, wegen rond 45 ton per
stuk. De constructie van deze trilithons verkreeg een deel van zijn
stevigheid door zogenaamde pen-en-gatverbindingen. Daarbij zit op de
staande stenen een uitstulping die past in de uithollingen van de
liggende stenen. We kunnen dit zien bij het grootste trilithon waarvan
nog maar een steen rechtop staat. Deze steen steekt meer dan 6,50 meter
boven de grond uit.
Een deel van de grote stenen waarmee Stonehenge is gebouwd, komt uit
het zuidwesten van Wales. Ze zijn over een afstand van zo'n 225
kilometer naar de bouwplaats van het monument vervoerd. Stonehenge
zoals we het nu kunnen zien, zouden we een ruïne kunnen
noemen. Nogal wat stenen van het monument zijn omver gevallen of zelfs
helemaal niet meer aanwezig. Een deel van de stenen is in het verleden
in stukken geslagen en gebruikt voor de bouw van huizen en wegen.
Stonehenge is echter ook het slachtoffer geworden van een vroege vorm
van toerisme. Ooit gebeurde het dat bezoekers stukken van de stenen
afhakten om ze dan als souvenir mee naar huis te nemen. Op andere
plaatsen kennen we dit soort souvenirjacht tegenwoordig ook nog. Denk
daarbij maar aan de stukken beton van de Berlijnse Muur die verhandeld
werden. Het mag duidelijk zijn dat het tegenwoordig niet meer
toegestaan is om stukken steen uit Stonehenge te kappen.
 |
Afbeelding 3 |
Bij Afbeelding 3.
Wayland's
Smithy Long Barrow (foto's boven) ligt in het
Engelse graafschap
Oxfordshire. Een 'long barrow' is een langgraf. Langgraven hebben een
of meer aparte grafkamers in een langwerpige aardheuvel die is omgeven
door een steenkrans. Zie
ook afbeelding 7. Het ontstaan van dit 'long
barrow' heeft in twee
fases plaatsgevonden. Eerst ontstond er rond 3550 v. Christus een ovale
grafheuvel met een houten kamer waarin een geplaveide vloer werd
aangelegd. Tijdens opgravingen in de vorige eeuw vond men in dit graf
een bijzetting in hurkhouding. Verder werden er ontlede resten van
veertien andere individuen gevonden. De botten daarvan waren al
ontvleesd voor ze in het graf geplaatst werden, een gebruik dat ook van
elders bekend is.
De kruisvormige stenen tombe aan de voorkant van het langgraf is
tijdens de tweede fase ontstaan. Hij bestaat uit drie kamers waarvan er
twee aan de beide zijkanten en een aan het eind van de tombe liggen. Op
de foto's zijn onder andere de vier grote, platte zandstenen te zien
die de ingang markeren. Oorspronkelijk stonden hier zes van zulke
zandstenen. In deze stenen tombe heeft men tijdens een opgraving
botmateriaal van acht individuen gevonden.
West Kennet Long Barrow (de
onderste foto's tonen het ingangsgedeelte)
ligt in het graafschap Wiltshire. Ook dit langgraf heeft aan de
voorkant een kruisvormige stenen tombe die bestaat uit drie kamers
waarvan er twee aan de beide zijkanten en een aan het eind van de tombe
liggen. Zie ook afbeelding
7.
Hierin heeft men tijdens opgravingen de overblijfselen van 46
individuen gevonden. Het langgraf ontstond rond 3600 v. Christus en de
langwerpige aardheuvel ervan heeft een lengte van iets meer dan honderd
meter. Net zoals bij Wayland's Smithy Long Barrow vinden we hier grote,
platte zandstenen bij de ingang.
 |
Afbeelding 4 |
Bij afbeelding 4.
In
Dartmoor National Park in het zuidwesten van Engeland treffen we een
groot aantal megalitische monumenten aan. We vinden er grafkamers,
steencirkels, steenrijen (ook wel bekend als alignements), losse
menhirs en cairns (grafheuvels gemaakt van stenen). Vooral de Merrivale
Stone Rows (waarvan een deel te zien is op de
middelste en rechter
foto) in het National Park genieten bekendheid. In hun buurt treffen we
de cist (stenen grafkist) van de linker foto aan. De megalitische
overblijfselen van Dartmoor stammen uit het Laat-Neolithicum en de
Vroege-Bronstijd.
 |
Afbeelding 5 |
Bij afbeelding 5. De
Merry Maidens Stone Circle
(foto's links boven en links onder) ligt in
het graafschap Cornwall. Hij stamt uit het Neolithicum. Deze
steencirkel bestaat uit negentien stenen die ongeveer 1,20 meter hoog
zijn. De doorsnede van de cirkel is zo'n 24 meter. Verderop ligt in het
gebied nog een steencirkel en er is zelfs een derde cirkel geweest die
helaas aan het eind van de 19e eeuw is gesloopt.
De naam Merry Maidens (Vrolijke Meisjes) heeft te maken met de legende
over negentien meisjes die hier op zondag aan het dansen waren. Dansen
op zondag was echter verboden en daarom veranderden de meisjes in de
stenen van de steencirkel. Een paar honderd meter verderop staat een
tweetal menhirs, de ongeveer drie meter hoge Pipers. De twee Pipers
(Fluitspelers; waarvan een te zien is op de rechter foto) die de
dansmuziek maakten, ondergingen hetzelfde lot als de Merry
Maidens.
 |
Afbeelding 6 |
Bij afbeelding 6.
The
Hurlers (boven) is een groep van drie steencirkels
in het graafschap Cornwall.
De bovenste foto laat een van deze cirkels zien. Net zoals bij de Merry
Maidens Stone Circle liggen er twee menhirs in de buurt die eveneens
als Pipers bekendstaan. De steencirkels hebben doorsneden van 33, 42 en
35 meter. Door sloopwerk zijn ze geen van drieën compleet.
Bovendien is een deel van de stenen omgevallen doordat koeien zich
eraan schuurden waardoor de grond eromheen erodeerde en de stenen
wankel kwamen te staan.
Het slopen van megalithische monumenten is een verhaal dat we helaas
steeds weer tegenkomen.
Bij een verwaarloosd en overwoekerd dolmen
dat
we bij Morvah in het graafschap Cornwall vonden (foto links onder) zijn
goed de boorgaten te zien die men in het verleden heeft aangebracht om
een van de dekstenen te slopen.
Het megalitisch monument van Avebury
(rechtsonder) in het graafschap Wiltshire is
evenmin aan de slopershamer ontkomen. 'Avebury' is een samenstelling
van meerdere elementen. Zie
ook afbeelding 7. Het oorspronkelijke monument
bestond uit een
tweetal kleinere steencirkels die zich binnen in een grotere
steencirkel (335 meter doorsnede; de grootste van Europa) bevonden.
Daaromheen ligt weer een aarden wal met greppel. Van de oorspronkelijke
stenen is ongeveer 5/6 deel verdwenen doordat men ze voor
bouwwerkzaamheden of om religieuze redenen gesloopt heeft. Op de foto
rechtsonder is een deel van de grote steencirkel met een stukje van de
greppel en aarden wal te zien.
 |
Afbeelding 7 |
Bij afbeelding 7. Linksboven:
Een globale weergave van de gebieden waar in het Verenigd Koninkrijk
megalitische monumenten voorkomen. Rechtsboven:
Een ruwe schets van Wayland's Smithy Long Barrow met de
ovale grafheuvel (oranje), houten kamer (groene stippen) en greppels
(blauw) uit de eerste fase. En uit de tweede fase de kruisvormige
stenen tombe (paars), de aarden heuvel met stenen (bruinoranje) en
greppels (groen). Linksonder:
Een ruwe schets van West Kenneth Long Barrow. Zie voor de
legenda bij Wayland's Smithy.
Rechtsonder: Een ruwe
schets van het megalitisch monument Avebury met
aardwal en greppel (bruin en mosgroen), overblijfselen van de grote
steencirkel (rood), de oorspronkelijke twee kleine steencirkels (paarse
stippen) en wat daarvan nog over is (donkergroen: staande stenen,
omgevallen stenen en met zuiltjes aangegeven plekken waar stenen
stonden, inclusief stenen binnen de cirkels). De stippen staan hier
niet voor afzonderlijke stenen.
Bij
de beschrijving van de locaties is sprake van momentopnames. De kans
bestaat
dat situaties op een later tijdstip niet meer dezelfde zijn, wegen een
andere
naam hebben en vindplaatsen er anders uitzien.
Tekst: Jan Weertz
Foto's: Jan en Els Weertz