|








|
Overblijfselen van de wolharige
mammoet
Deutsche
Version
Van
de mammoet bestaan meerdere soorten. Als we het in onze streken over de
mammoet
hebben dan bedoelen we echter meestal de wolharige mammoet (Mammuthus
primigenius) die meteen ook de meest bekende is. Meestal denken we bij
deze
wolharige mammoet aan reusachtige afmetingen. Dat is echter niet
helemaal juist,
want de meeste van deze uitgestorven olifanten hadden een
schouderhoogte van
‘maar’ 2 tot 3 meter. Dat is ongeveer de hoogte van
de huidige Indische
Olifant. Alleen bijzonder krachtige mannetjes (stieren) konden deze
drie meter
overschrijden. Zoals de naam van de wolharige mammoet al aangeeft, was
het dier
bedekt met een dik wollig kleed van roodachtige tot geelbruine, lange
haren. De
oren van het dier waren vrij klein. Door hun kleine oppervlak kon het
warmteverlies beperkt worden.
 |
Afbeelding 1. Mammoetkiezen zijn opgebouwd uit een aantal
lamellen. Als ze aan de weersinvloeden worden blootgesteld, kunnen de
kiezen in afzonderlijke lamellen uiteenvallen (rechtsonder).
Bovenkaakskiezen hebben een bol kauwvlak (rechtsboven),
onderkaakskiezen een hol kauwvlak (linksboven en linksonder). De munt
van 1 euro geeft een idee van de grootte van de kiezen. |
Van
de wolharige mammoet is veel botmateriaal teruggevonden in de Noordzee.
Tijdens
het laatste half miljoen jaar had de Noordzee regelmatig een veel lager
waterpeil dan tegenwoordig. Tijdens de laatste glacialen kwam het zelfs
voor
dat de zeespiegel tot zo’n 130 meter lager was dan nu het
geval is. Wat we nu
als een watervlakte kennen, was toen een uitgestrekt landschap waarin
rivieren
zich een weg naar de verder weg gelegen zee zochten. In dat landschap
kwamen
planten en dieren en zelfs mensen voor. Overblijfselen in de vorm van
botten
worden regelmatig geborgen. Een belangrijk deel behoort toe aan
wolharige
mammoeten. Ze stammen vooral uit het latere deel van het laatste glaciaal
(Weichselien),
vanaf zo’n 70.000 jaar geleden, toen deze olifanten in kudden
door het gebied
trokken. Dit gebied bestond destijds uit een koude, droge steppe. Een
heel
grote verzameling mammoetbotten bevindt zich in het museum Naturalis in
Leiden.
 |
Afbeelding 2. Net zoals de mens kent de mammoet een
aantal
middenvoets- en middenhandsbeentjes (links). Per stuk zijn deze vrij
groot (rechts; vergelijk de munt van 1 euro). |
Fossiele
beenderen van wolharige mammoeten worden al sinds het begin van de
twintigste
eeuw uit de zuidelijke Noordzee opgevist. Vissers treffen ze regelmatig
in hun
netten aan. Maar ook door zand- en grindzuigers komt materiaal naar
boven.
Vissers halen nogal wat beenderen van mammoeten naar boven tijdens hun
vistochten bij de Bruine bank; een belangrijk visgebied op de Noordzee.
Een
andere plaats die veel van dergelijk botmateriaal oplevert, is de
Eurogeul; de
vaargeul die grote zeeschepen gebruiken bij hun bezoek aan de haven van
Rotterdam.
 |
Afbeelding 3. Borstwervel van een mammoet. Het wervellichaam
aan de onderkant van de wervel ontbreekt grotendeels. |
Terwijl
de Noordzee een belangrijke vindplaats is van grote hoeveelheden
botmateriaal
van mammoeten, levert het permafrostgebied van noordoost
Siberië meerdere soms
vrij complete mammoetkadavers op. Sinds het laatste is dit
gebied tot op
meerdere honderden meters diepte bevroren. Alleen tijdens de korte
zomer
ontdooit een klein stukje aan de bovenkant van deze voortdurend
bevroren
(permafrost) bodems. Permafrostbodems vormen dus een soort natuurlijke
ijskast
waar mammoeten en andere dieren die er ooit in terecht zijn gekomen,
goed
bewaard bleven. Nu is het echter niet zo dat alle mammoeten er in goede
staat
in worden teruggevonden. Uit bepaalde perioden van het glaciaal zijn
alleen maar skeletten
in de permafrost overgebleven.
 |
Afbeelding 4. Halswervel (links) en vergroeide wervels van een
mammoet (rechts). |
Maar als
mammoeten in de permafrost bewaard bleven, dan is het
vaak verbazend om te horen tot in welk detail dat gebeurt. Zo werden
tijdens
het opgraven van de beroemde Beresowka-mammoet aan het begin van de
vorige eeuw
pas gedeeltelijk gekauwde voedselresten tussen de kiezen gevonden. In
de maag
van het dier werden vele kilo’s grassen en bloeiende hogere
planten
aangetroffen, waardoor het mogelijk was om een goed beeld van de
omgeving in
het leefgebied van deze ongeveer 44.000 jaar oude mammoet te krijgen.
De
geprepareerde overblijfselen van deze mammoet zijn tegenwoordig in het
Zoölogisch
Museum in Sint Petersburg in Rusland te zien.
 |
Afbeelding 5. Links: Het mammoetkalf Dima. Rechts:
Reconstructie van een mammoet in het Utah Field House of Natural
History in Vernal, USA. |
Een
andere bekende mammoet uit de permafrost is een kalf dat men de naam
Dima heeft
gegeven (afbeelding 5). Het jonge dier is genoemd naar een rivier in de buurt van de
plaats
waar het gevonden is. Ook dit kalf is in het Zoölogisch Museum
in Sint
Petersburg terechtgekomen. Dima moet zo’n vier tot zes
maanden oud zijn geweest
toen het dier zo’n 39.000 jaar geleden in uitgemergelde
toestand stierf. In de
slurf, maag en longen van het jonge dier kwam modder voor. Er wordt dan
ook
vanuit gegaan dat Dima in een moeras is gezakt en daar is gestikt.
 |
Afbeelding 6. Gedeelte van de slagtand van een mammoet,
gevonden tijdens het baggeren van grind in Limburg. |
Tekst en foto's: Jan Weertz
|
|