|
|||||||||||||||
Le Rocher de la Vierge bij Comblain-la-Tour (B)Verticaal staande gesteentelagen als deel van een grote anticlineDe Rocher de la Vierge (afbeelding 4 + 5) is een vrijwel verticaal staande serie gesteentebanken bij Comblain-la-Tour in de Belgische gemeente Hamoir (provincie Luik). Ze ligt aan de rechter oever van de rivier de Ourthe. De verschillende groepen van de gesteenten bij de Rocher de la Vierge Ten zuiden van de als Rocher de la Vierge bekend staande gesteentebanken (rode pijlen in afbeelding 1), vinden we nog vier groepen van smallere, verticaal staande groepen gesteentebanken. Van zuid naar noord (zie afbeelding) bestaan die uit korrelige dolomiet (1), kalksteen die vrijwel geheel uit stromatoporen (afbeelding 2) is opgebouwd (2) en vervolgens sterk gedolomitiseerde kalkstenen (3+4). Het meest in het oog springend is echter de Rocher de la Vierge zelf. Bij deze ‘rocher’ treffen we banken met fijne kalkstenen aan die worden afgewisseld door kalkstenen die voornamelijk bestaan uit stromatoporen en koralen.
Fossielen en de geologische indeling van het gesteente Stromatoporen (afbeelding 2) en koralen zijn soorten fossielen die veel voorkomen in gesteenten uit de geologische periode die we als het Devoon kennen. De ‘rocher’ en de groepen gesteentebanken ten zuiden ervan horen dan ook in dit Devoon thuis. Ze maken deel uit van het Frasnien (382 tot 372 miljoen jaar geleden, afbeelding 2), de onderste etage van het Boven-Devoon. Lithostratigrafisch horen ze thuis in de Formatie van Philippeville.
De gesteenten van de Rocher de la Vierge ontstonden uit afzettingen die tijdens het Devoon in zee zijn afgezet Ten tijde van het ontstaan van de afzettingen die nu de Rocher de la Vierge vormen, maakte de omgeving daar deel uit van een warme zee. Op het continentaal plat zorgden in die tijd rifbouwende organismen zoals de hierboven genoemde stromatoporen en koralen voor de aanwezigheid van koraalriffen. Daarbij hadden deze organismen de neiging om zich vooral aan de kant van de open zee op te houden. Hierdoor vormden ze een barrièrerif. Door deze barrière werd op bepaalde momenten het water (lagune) van het continentaal plat gescheiden van het water van de open (diepere) zee. Daardoor verarmde de fauna in de lagune en vond er een sedimentatie van fijn kalkslib plaats. Maar de omstandigheden konden door bijvoorbeeld bodemdaling of klimaatomstandigheden veranderen waardoor de open zee weer in contact kwam met het water van de lagune. Dat betekende dan weer een kans voor de rifbouwende organismen. Doordat perioden waarin de lagune van de open zee gescheiden was, zich afwisselden met perioden waarin de zee wel toegang had, ontstond een afwisseling van afzettingen van kalkslib met riffen (afbeelding 3). In de loop van de geologische geschiedenis versteende het geheel waardoor we nu banken met fijne kalkstenen tegenkomen die afwisselen met banken van kalkstenen die voornamelijk bestaan uit stromatoporen en koralen. In de loop der tijd is een deel van die kalkstenen gedolomitiseerd.
Wat de botsing van de oercontinenten Laurussia en Gondwanaland met de Rocher de la Vierge te maken hebben In de tijd waarin de gesteenten uit het Frasnien bij Comblain-la-Tour ontstonden, botsten de oercontinenten Laurussia en Gondwanaland op elkaar. Daarbij werden hele pakketten gesteenten in elkaar gedrukt en vond er gebergtevorming plaats. Oorspronkelijk horizontaal afgezette gesteenten werden toen geplooid en kwamen daarbij soms – zoals bij Comblain-la-Tour – verticaal te staan. Ze maken deel uit van de noordelijke flank van een grote anticline.
De Ardennen als gebergte De gebergtevorming waar we het hier over hebben, staat bekend als de Varistische orogenese, ook wel bekend als Hercynische orogenese of Hercynische gebergtevorming. Deze gebergtevorming vond ongeveer 390 tot 300 miljoen jaar geleden plaats. De Ardennen, waar het gebied rond Comblain-la-Tour toe behoort, werden toen tot een gebergte omhoog gedrukt.
Klimsport Tegenwoordig wordt het verticaal staande oppervlak van de rotsen bij de Rochers de la Vièrge door beoefenaars van de klimsport gebruikt om tegenaan te klimmen. Best bijzonder als je bedenkt dat dit oppervlak in het Boven-Devoon gewoon horizontaal lag en zich tijdens zijn ontstaan onder water bevond. Toen viel er niets te beklimmen, maar in die tijd waren er natuurlijk ook nog geen mensen op de aarde …. …… Geraadpleegde literatuur • Léon Dejonghe et Florence Jumeau, Les plus beaux rochers de Wallonie (geologie et petite histoire), Service géologique de Belgique, Bruxelles 2007. Voor het overzichtskaartje van afbeelding 1 heeft een tekening uit dit boek als voorbeeld gediend. • Hans J. Jungheim, hoofdstuk 7 (Riffe) van Die Eifel (Erdgeschichte Fossilien Lebensbilder), Goldschneck Verlag, Korb 1996. Bij de beschrijving van de
locatie (herfst 2024) is sprake van een momentopname. De kans bestaat dat de
situatie en het aanzien op een later tijdstip niet meer hetzelfde zijn.
Beschouw de vindplaatsgegevens dan ook als richtlijnen die in mindere
of meerdere mate veranderd kunnen zijn. Bepaal zo nodig vooraf aan de
hand van kaarten of de beschreven situatie overeenkomt met de
werkelijkheid. Tekst en overzichtskaartjes: Jan
Weertz
Foto's: Jan en Els Weertz |
|||||||||||||||
© De Belemniet |